De keerzijde van online-onderwijs

Online

Er is iets weg uit het hoger onderwijs, iets cruciaals, en een wrang gevoel blijft over. Studenten komen met de actie #ikwilnaarschool in opstand tegen het online onderwijs en vragen aandacht voor meer fysieke lessen, met inachtneming van de geldende coronamaatregelen. Veel docenten zullen het wrange gevoel dat studenten hebben delen. Waar komt dit onbestemde gevoel precies vandaan? Deze vraag lijkt weinig verkend te worden, terwijl het cruciaal kan zijn voor het hoger onderwijs in de toekomst om in woorden te vatten wat de meerwaarde is van fysiek lesgeven.

Vol goede moed kropen we aan het begin van de coronaperiode wat onwennig en onwetend achter onze laptop. Ik, docent ethiek binnen de opleiding verpleegkunde, en met mij honderden collega’s en studenten. De technologie is gelukkig zo ver ontwikkeld, we zouden toch wel via beeld en geluid onderwijs kunnen bieden? Maar zodra de laptop openklapte en de wifi-verbinding aanging, raakte er iets cruciaals op de achtergrond. De werkelijke ontmoeting bleef uit.

De online ontmoeting met de ander, geeft het gevoel van een schijnontmoeting. Steeds nadat ik via de rode knop mijn studenten aan het einde van de les wegdruk, blijf ik met een verwarrend gevoel zitten. Waren we nu net samen? Zo voelt het niet. Het online ontmoeten van de ander brengt ons naar een verwarrende virtuele schijnwereld die ons weghaalt van ons denken, ervaren en voelen vanuit de werkelijke fysieke wereld. Na een dag online onderwijs voel ik mij leeg en uitgeput en heb ik, buiten mijn wifi-verbinding, nauwelijks een werkelijke verbinding ervaren. Niet alleen ik merk hier de gevolgen van. Ook bij studenten is de motivatie steeds verder te zoeken, ook zij raken in een isolement en ervaren dat de kwaliteit van dit onderwijs niet te vergelijken is met fysieke lessen.

Sterker onderwijs

Wat maakt fysiek onderwijs nu tot sterker onderwijs? Online onderwijs lijkt prima ingezet te kunnen worden op de momenten dat onderwijs wordt opgevat als het overdragen van feitelijke kennis aan individuen en het toewerken naar een doel met een meetbare uitkomst. Maar online onderwijs wordt problematisch als het gaat over de bevordering van zaken als nieuwsgierigheid, creativiteit, reflectief vermogen en morele ontwikkeling. Als het gaat om elkaar werkelijk zien, zorg te dragen voor elkaar en studenten te helpen groeien als mens en professional. Bijvoorbeeld op momenten dat ze twijfelen, of geraakt zijn in dat wat ze meemaken tijdens stage. Om hieraan tegemoet te kunnen komen, moet onderwijs worden opgevat als iets met een doel op zich, als dat wat er ontstaat vanuit de gezamenlijke ontmoeting van de studenten met mij en met elkaar.

Wanneer we op deze wijze over onderwijs denken, staat de ontmoeting centraal. Binnen die ontmoeting, in relatie met mijn studenten, kan ik als docent sensitief zijn voor dat wat er speelt en nodig is om studenten in beweging te krijgen, nieuwsgierigheid aan te wakkeren, bewustwording te versterken en creativiteit te laten stromen. Zaken die in een online les nauwelijks voor elkaar te krijgen zijn. Met als gevolg dat online onderwijs een machteloos gevoel met zich meebrengt. Ik probeer naar mijn studenten te reiken en zij naar mij, maar we weten elkaar maar niet te raken.

Het risico bestaat dat we in deze tijd ons wrange gevoel naar de achtergrond verplaatsen. We moeten namelijk door, binnen de beperkte ruimte die beschikbaar lijkt te zijn. We richten ons op wat we wél voor elkaar kunnen krijgen. Zijn we niet gewoon heel goed bezig nu we de fysieke bijeenkomsten tot een minimum beperken? Misschien wel. Maar we moeten ook blijven onderkennen dat de kwaliteit van online onderwijs achterblijft.

De werkelijke ontmoeting tussen de docent en studenten verdwijnt. Daardoor komt het doel en misschien wel de essentie van het onderwijs niet tot zijn recht. Laten we voorkomen dat we onbewust voorbijgaan aan dat wat we als goed onderwijs kennen en ervaren. Laten we tegen elkaar blijven zeggen: vergeet niet wat je mist. En laten we dit gemis een betekenisvolle plek geven in het onderwijs van de toekomst en van nu.